1950

Wereldoorlogen

(1900 - 1950)

In dit tijdvak staan twee wereldoorlogen centraal. Er is door oorlogsgeweld grote verwoesting in Europa, Azië en andere gebieden. De burgerbevolking wordt hard geraakt. Ondanks dat Nederland in de Eerste Wereldoorlog neutraal is gebleven, raakt de oorlog ons land. Er worden veel vluchtelingen in Nederland opgevangen. Tussen de oorlogen heeft de Nederlandse economie het moeilijk. In de Tweede Wereldoorlog wordt Nederland bezet door Duitsland. Racisme en discriminatie leidden tot de vervolging en dood van veel mensen, voornamelijk joden. Na 5 zware jaren wordt in 1945 Nederland door samenwerkende geallieerde landen bevrijd.

De stad heeft in 1914 ongeveer 16.000 inwoners en met angst en beven wordt gekeken naar de oorlog die gaande is. Nederland blijft neutraal, maar de oorlog in België komt voor deze omgeving toch erg dichtbij. Naast opvang van Belgische vluchtelingen bij particulieren, worden er opvangplekken gecreëerd in bijvoorbeeld leegstaande gebouwen. Maar ook in tentenkampen op bijvoorbeeld de Kijk in de Pot en Plein 13. Vanaf november 1914 gaan sommige vluchtelingen terug naar België, anderen gaan naar steden in Nederland. Na de Eerste Wereldoorlog bloeit Bergen op Zoom op, onder andere door de komst van de LIGA fabriek en de frisdrankfabriek SISI. Helaas raakt de stad in de Tweede Wereldoorlog wel bezet, met vele en grote gevolgen.

Gemeentelijk badhuis

Tijdens de Eerste Wereldoorlog (1914-1918) waren er veel Belgen in onze stad, omdat hun land werd aangevallen door de Duitsers. Rondom Plein 13 woonden toen veel van deze vluchtelingen. Voor hen werden speciale badhuizen gemaakt. Zo werd er bijvoorbeeld een badhuis gebouwd achter het Juvenaat. Dit was een school en klooster aan de Antwerpsestraatweg.

Nu hebben we in elke woning één of meerdere badkamers. Dit is niet altijd zo geweest. De Romeinen hadden thermen, dit waren grote badhuizen. Je kunt ze een klein beetje vergelijken met de moderne sauna’s en wellness-centra die we nu hebben. Je kwam hier om te baden, maar ook om met elkaar te praten. In de badhuizen was een duidelijk onderscheid tussen mannen en vrouwen. In Bergen op Zoom was in de 19e eeuw bij de Zuidmolenstraat een badhuis. Deze werden gebruikt door de vele militairen (mannen) in onze stad, want in de kazernes was nog geen badgelegenheid. Voor vrouwen waren er speciale afzonderlijke tijdstippen.

In de jaren 30 van de vorige eeuw werd door onze gemeenteraad voorgesteld om een nieuw openbaar badhuis te bouwen. In 1951 heeft een particulier een badhuis gebouwd aan de Balsebaan. Omdat in de 60 jaren iedereen in zijn woning wel een douche kreeg, is uiteindelijk ook het badhuis in de Balsebaan gesloten.

Bron: West-Brabants Archief (RWE034)

Video

Neutraal

Bij het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog verklaart Nederland zich meteen neutraal. Een neutraal land is een land dat in geval van oorlog geen partij kiest voor één van de partijen. In ruil daarvoor hoopt men niet aangevallen te worden door de oorlogvoerende partijen. Nederland is maar een klein land en wil zich niet mengen in internationale conflicten. Tijdens de Eerste Wereldoorlog werkte deze strategie goed. Toch maakte de oorlog in onze regio deel uit van het dagelijks leven. Er waren veel Belgische vluchtelingen in de stad en de mensen waren bang dat de oorlog alsnog naar hier zou komen. Er was een tekort aan eten en drinken. Dit probeerden de mensen uit België te halen door het over de grens te smokkelen. Op de grens tussen België en Nederland liep gedurende een groot deel van de Eerste Wereldoorlog een 332 kilometer lange elektrische draadversperring. Deze werd aangelegd door de Duitsers en stond bekend als de ‘Dodendraad’, die aan honderden mensen het leven heeft gekost. De draad was vooral bedoeld om smokkelen tegen te gaan.

Bron: SchoolTV

Sinterklaas in oorlogstijd

Adinda en Dimas hebben het over Sint Nicolaas die in 1914 de stad komt bezoeken. Dit wordt georganiseerd door militairen die in de stad gelegerd zijn en door burgers uit Bergen op Zoom en Belgische vluchtelingen. Speciaal voor alle kinderen, stadse en vluchtelingen, wordt er door de soldaten gecollecteerd en worden cadeautjes ingezameld. Ieder kind hoort wat te krijgen, vindt men.

Eén van die vluchtelingen is de Belg Joseph Urbain Coppenolle. Hij speelt later een belangrijke rol in ons Sint Nicolaasfeest. Na 22 augustus 1914 vlucht de familie Coppenolle eerst naar Antwerpen, dan naar Bergen op Zoom. Joseph is een aantal jaren kelner in Middelburg, maar in 1923 keert hij terug naar Bergen op Zoom. Hij wordt eigenaar van De Korenbeurs, een concertzaal. Joseph weet dat cadeautjes horen bij Sint Nicolaas. Hij heeft dit als kind thuis gezien. Kinderen op school (ook arme kinderen) krijgen allemaal cadeautjes. Hij gaat zich inzetten voor deze arme en minder bedeelde kinderen. Sint mag zijn feestzalen gebruiken. Joseph bewaart ook de kleding en regelt de geldzaken voor de Sint Nicolaas Vereniging.

Kortom hij regelt veel, hij is een echte vriend van Sinterklaas.

Bron: West-Brabants Archief (RINN001)