Grieken en Romeinen
(50 voor Christus - 500 na Christus)
In onze omgeving begint dit tijdvak met de komst van de Romeinen, die voor het eerst iets over onze omgeving hebben opgeschreven. De Romeinen hadden veel kennis verzameld door hun vele veroveringen en hadden een groot imperium (rijk). Zij namen een groot deel van de Griekse cultuur over en verspreidden deze tot ver in Europa. De gewoontes van veroverde gebieden en stammen, zoals de Germanen, werden op aangepaste wijze opgenomen in de Romeinse cultuur. Toen in de vijfde eeuw het Romeinse Rijk door Germaanse volken ten val werd gebracht, trokken de Romeinen zich terug uit onze omgeving.
Door archeologische opgravingen weten we dat in de eerste drie eeuwen (na Chr.) in Bergen op Zoom Romeinse pottenbakkers actief zijn geweest. Ook hebben in die periode schippers en handelaren regelmatig een offerplaats op het Thaliaplein bezocht. Dit weten we door de honderden aardewerk amforen en een groot aantal munten die daar gevonden zijn. En door de vele, hier gemaakte aardewerk kommen die over een groot deel van België en Nederland teruggevonden zijn. De Schelde was voor de Romeinen een belangrijke route om vanuit de Noordzee verder het land in te komen en handelsplaatsen te bereiken.
Amforen
Een amfoor is een door een pottenbakker gemaakte aardewerk kruik met één of twee oren, die onderaan in een punt uitloopt. Amforen werden meestal gebruikt om olijfolie of wijn in te bewaren en te vervoeren. Maar ook werd bijvoorbeeld graan in deze kruiken bewaard. Door de puntvorm onderaan kon de amfoor makkelijk in de losse grond of in een rek worden vastgezet. In het centrum van Bergen op Zoom zijn op het Thaliaplein bij opgravingen grote aantallen mini-amforen en munten aangetroffen. Daar lag in de Romeinse tijd een klein ven (waterplaats), wat gebruikt werd als offerplaats. De amforen en munten zijn geofferd aan de goden door handelaren om een behouden vaart en goede winst af te smeken. Heb jij wel eens een muntje in een fontein gegooid en een wens gedaan?
Bron: Gemeente Bergen op Zoom- Afdeling Archeologie
Salve, Avé en Sal
Er zijn heel wat woorden en gebruiken die gelinkt kunnen worden aan de Romeinen. Neem nu het (goeden)dag zeggen of hallo. Of zoals in Bergen Salut/ Selu. Dit hebben we overgenomen van de Romeinse soldaten die elkaar met Salve begroeten. Ook het bekende Avé (Caesar) ‘Wees gegroet!’ komt uit die tijd. Enkele voorbeelden van Romeinse woorden die we kennen:
CASEUM | KAAS |
CASTELLUM | KASTEEL |
CAMERA | KAMER (CAMERA) |
VESTIS | VEST (VESTING) |
CARPE DIEM | PLUK DE DAG |
SAL | ZOUT (SALARIS) |
AGENDA | WAT GEDAAN MOET WORDEN |
EGO | IK |
Soldaten kregen hun loon vaak uitbetaald in zout (SAL). Dat konden ze bewaren, gebruiken of later inruilen tegen munten. Dit SAL was vaker voor handen en van die munten waren er minder gemaakt. Ons woord salaris (loon) komt daarvandaan. Zout wordt soms ook wel het witte goud genoemd.
Krijg jij betaald voor klusjes die je doet? In munten of in zout?
Bron: SchoolTV
Munten
De Romeinen kenden al munten. Ze hadden de Aureus, de Denarius, de Sestertie en de As. De gouden Aureus was het meeste waard. Voor 1 Aureus kreeg je 25 Denari of 100 Sestertie of 400 Asses. Er waren bronzen en koperen Asses en zelfs een halve As en de kwart As. De Sestertie was er in zilver, koper of messing en was dus 4 x zoveel waard. De zilveren Denarius was dan weer 4 x zoveel waard als de Sestertie. Op de grote(re) munten stond aan de ene kant de keizer en aan de andere kant iets of iemand uit de godenwereld.
Onze Euromunten kennen dit verschijnsel ook, aan de ene kant de koning (of president) en aan de andere kant een gebouw, land of iets anders. Er zijn best veel verschillende euromunten, bekijk ze maar eens goed!